Heb je je altijd afgevraagd wie er in een molen woont en hoe dat zo gekomen is? Marcel woont in een molen. En dat is eigenlijk per toeval zo gekomen. Tijdens zijn studie voor bouwkundig tekenaar, bezocht hij voor zijn afstudeerscriptie veel verschillende molens door het hele land. De interesse in de prachtige ‘machines’ werd steeds groter waardoor hij zijn werk als bouwkundig tekenaar graag zou willen inruilen voor het molenaarsvak. Toen de kans zich voordeed om tijdelijk een molenaar in Schiedam te vervangen, was de beslissing dan ook snel genomen. Hij gooide het roer volledig om.
“Het leven van een molenaar is niet voor iedereen. Het is een way of life. Ik heb decennialang graan gemalen voor bakkers. Dat is fysiek zwaar werk, omdat je naast het bedienen en onderhouden van de molen ook de hele dag met zakken graan loopt te slepen. Het molenaarschap voor de Twiskemolen is op dat vlak een stuk makkelijker en dit is dan ook een beetje mijn ‘pensioenmolen’….”
Marcel woont met zijn vrouw Marijke al 9 jaar in de Twiskemolen en geniet er met volle teugen van. “Wij wonen in het paradijs. Ik ben een echt buitenmens en ik geniet van de natuur om me heen, de moestuin, de boomgaard, de kippen, de landgeiten en natuurlijk vooral van de molen zelf. Ik ben 7 dagen per week in de weer met de molen, maar het voelt bijna nooit als werken.”
De Twiskemolen dateert uit 1541, is één van de drie oudste poldermolens van het land, en draait nog steeds dagelijks om de polder te bemalen. “Onze passie is om de molen op traditionele wijze op windkracht te laten malen. Gewoon zoals het ooit bedacht is. Mocht dat op sommige dagen niet lukken door bijvoorbeeld het weer, dan hebben we altijd nog het elektrische gemaal onder de molen die we aan kunnen zetten. Zo houden we in ieder geval te allen tijde droge voeten.”
Marcel deelt zijn passie voor molens graag met anderen, dus ontvangt hij regelmatig groepen en schoolklassen op afspraak in ‘zijn’ molen. “Een draaiende molen is het mooiste wat er is. En de techniek ervan is fascinerend. Die laat ik graag zien. Veel bezoekers zijn trouwens verrast over hoe weinig geluid een draaiende poldermolen van binnen eigenlijk maakt. Alleen een beetje gepiep en gekraak, meer niet. Dat wil niet zeggen dat het altijd rustig is in de molen. Op een zonnige dag draaien de wieken langs de ramen en lijkt het soms wel een disco….”
Als Marcel niet bij de molen is, vaart hij graag door het Ilperveld. “Het is daar prachtig en heerlijk rustig. En dat terwijl het zó dicht bij Amsterdam ligt. Maar mijn hart ligt natuurlijk het meest bij molens. Als je écht veel verschillende molens van dichtbij wil bekijken, dan moet je naar de Zaanse Schans gaan. Het is wel een beetje een toeristische bestemming, maar de techniek van de molens is werkelijk fantastisch!”
